Natuur-apps worden onschatbaar voor de wetenschap

Nieuws

Verspreidingsgebieden in kaart brengen en migratie van soorten volgen

Natuur-apps worden onschatbaar voor de wetenschap

Apps zoals iNaturalist, waarmee mensen foto's van wilde dieren of planten delen, ontwikkelen zich razendsnel tot een hoeksteen van wetenschappelijk onderzoek. Er zijn inmiddels duizenden wetenschappelijke publicaties die zich baseren op de data.

In 2019 fotografeert een wandelaar in het noorden van China een vreemde vlieg, die eruitziet als een bij. Hij deelt de foto op de app iNaturalist, waar die wordt opgemerkt door een entomoloog. Een jaar later publiceert die een paper over de nieuwe soort.

Het is maar één van de duizenden voorbeelden van hoe dergelijke apps uitgroeien tot een goudmijn voor wetenschappers, stelt een studie naar het fenomeen door de Universiteit van Florida. De data helpen de wetenschap om veranderende verspreidingsgebieden van soorten in kaart te brengen, invasieve bedreigingen te detecteren en om nieuwe soorten te ontdekken.

Enorme groei

‘Het wetenschappelijk gebruik van iNaturalist is in vijf jaar tijd vertienvoudigd en volgt de datagroei van het platform op de voet’, vertelt Brittany Mason, analist Datamanagement bij de Universiteit van Florida. ‘Dat toont aan dat toenemende observaties, met name in minder gedocumenteerde gebieden en bij minder bestudeerde soorten, de onderzoeksmogelijkheden nog verder kunnen uitbreiden.’

De apps konden al sporadisch op appreciatie rekenen, bijvoorbeeld bij de herontdekking van verdwenen gewaande soorten of om gedetailleerde kaarten te maken van de verspreiding van sommige dieren.

Maar uit de nieuwe analyse blijkt dat de technologie steeds vaker en op grotere schaal gebruikt wordt in de wetenschap, met name om verspreidingsgebieden in kaart te brengen en de migratie van soorten te volgen. Duizenden wetenschappelijke publicaties vermelden nu al observaties uit de app.

De auteurs merkten op dat het platform ook wordt gebruikt door natuurbeschermingsorganisaties zoals de International Union for Conservation of Nature om de status van bedreigde soorten te beoordelen en de verspreiding van invasieve organismen te volgen.

Onmisbare tool

iNaturalist is gelanceerd in 2008 als non-profitorganisatie. Het platform stelt gebruikers in staat om foto's of audio-opnames van planten, dieren, schimmels en andere organismen te uploaden, samen met gegevens over tijd en plaats. Een community van vrijwilligers controleert de observaties, en deelt bijdragen die als onderzoekswaardig worden gezien met de Global Biodiversity Information Facility. Dat is een internationale database die fungeert als een centraal punt voor alle biodiversiteitsgegevens.

‘Miljoenen mensen geven nu direct vorm aan hoe we biodiversiteit begrijpen en behouden’, besluit Corey Callaghan, hoofdauteur van de studie. ‘Door observaties en identificaties bij te dragen, worden gewone burgers belangrijke spelers in de aanpak van een van de meest urgente uitdagingen van de planeet: biodiversiteitsverlies.’